“Reactivering kan beter: waarom streng beleid niet werkt en slimme begeleiding wel”
- Toon Bourgeois

- 4 dec
- 3 minuten om te lezen
Het debat over langdurige werkloosheid laait opnieuw op. Steeds vaker draait het uit op dezelfde reflex: strenger controleren, sneller sanctioneren, harder duwen. Maar wie met beide voeten in de arbeidsmarkt staat, weet dat dit vooral veel lawaai maakt en weinig resultaat oplevert.
Reactivering ís nodig. Maar de manier waarop we het vandaag doen, werkt onvoldoende. En dat erkennen is geen ideologie. Het is gewoon realisme.
We activeren op papier, niet in de praktijk
In theorie helpt reactivering mensen terug richting werk. In de praktijk is het beleid soms verworden tot een administratieve routine:
brieven die vooral dienen om een dossier ‘in orde’ te houden
afspraken die doorgaan omdat het systeem dat vereist
verplichte stappen die weinig te maken hebben met iemands werkelijke kansen
We hebben een model gebouwd dat processen volgt, niet mensen. En precies daardoor mist het zijn doel.
Papier activeert niemand. Perspectief wel.
Mensen hebben geen angst nodig, maar een pad vooruit
Sancties kunnen functioneren als laatste waarschuwing, maar zonder ondersteuning zijn ze weinig meer dan een doodlopend straatje. Wie kampt met:
mismatch in vaardigheden
gezondheidsproblemen
mentale drempels
onbetaalbare of onbeschikbare kinderopvang
onvoorspelbare jobs in knelpuntsectoren
mobiliteitsproblemen
… komt niet dichter bij werk door een strengere brief. Integendeel: de afstand vergroot.
Effectieve reactivering begint met begrijpen waar de drempel ligt, niet met harder duwen.
Willen we efficiëntie en besparing? Dan moeten we het echte lek dichten.
Het klinkt daadkrachtig om te zeggen dat werklozen sneller hun uitkering verliezen. Maar zolang mensen niet instromen in werk, levert dat géén structurele besparing op. De echte verspilling zit elders:
1. Te veel bureaucratie, te weinig begeleiding
We investeren disproportioneel in controleprocedures die nauwelijks bijdragen aan tewerkstelling. Automatiseren en schrappen wat niet werkt creëert middelen voor begeleiding die wél resultaat oplevert.
2. Trajecten die niet leiden naar een job
Een verplicht traject zonder link met effectieve vacatures is weggegooid geld. Reactivering moet vertrekken vanuit de vraag: “Waar zijn jobs? Welke skills ontbreken? Hoe vullen we die kloof gericht?”
3. Een VDAB die te breed moet gaan, met te weinig ruimte
Dit is geen kritiek op mensen, maar op het systeem. Een arbeidsbemiddelaar die tegelijk coach, controleur én administratief medewerker moet zijn, kan niet excelleren. Gerichte focus, minder papier en betere samenwerking met werkgevers verhogen de uitstroom.
Sterk beleid hoeft niet harder te zijn — maar slimmer
Strengheid is geen doel. Effectiviteit wel.
Een reactiveringsbeleid dat werkt:
ondersteunt eerst, sanctioneert pas op het einde
laat werken écht lonen
bouwt trajecten rond vaardigheden, niet alleen rond CV’s
verkleint drempels zoals kinderopvang, mobiliteit en gezondheid
matcht met sectoren waar tekorten reëel zijn
geeft VDAB de ruimte om te doen waar het voor bedoeld is: mensen naar werk begeleiden.
Dat is geen links verhaal. Dat is geen rechts verhaal. Dat is gewoon gezond verstand.
Reactivering wérkt — als we de juiste keuzes maken
We moeten weg van de reflex dat strengheid gelijkstaat aan resultaat. We moeten naar een beleid dat meet wat het oplevert, niet wat het controleert. En vooral: naar een aanpak die mensen vooruithelpt in plaats van hen nog verder vast te zetten.
Reactivering kan beter. Reactivering moét beter. En als we het goed doen, wint iedereen: de werkzoekende, de werkgever én de samenleving.
Reactiveren kan beter. Maar hoe volgens jou?
👉 Deel je inzichten.👉 Reageer met je ervaringen.👉 Laat weten waar het volgens jou misloopt — en wat wél werkt.
Samen maken we deze discussie slimmer.




Opmerkingen